Projectverantwoording: VTE Datahub Limburg

Stichting Samenwerkende VVV's Limburg (SVL)

1. Wat was het beoogde resultaat van het project waarvoor het impulsbudget is ingezet?

Beoogd doel en resultaat van het onderzoek c.q. de haalbaarheidsstudie is om te komen tot de oprichting van een toeristisch-recreatief kenniscentrum voor Limburg, waarbinnen overheden, ondernemers en onderwijsinstellingen integraal samenwerken.

Vanuit dit kenniscentrum kunnen we toerisme en recreatie in Limburg meer sturen vanuit (big) data, een beleid voor bestemmingsmanagement ontwikkelen en zo bijdragen aan toerisme en recreatie in balans, zijnde een duurzame, toekomstbestendige en weerbaardere sector. Door het periodiek monitoren van de impact van het toerisme op de brede welvaart kan hier door overheden op gestuurd worden en zo vergroten we de positieve impact van het toerisme, waarbij alle regio’s in Limburg zoveel mogelijk meeprofiteren.

Het kenniscentrum groeit toe naar drie onderdelen:

  1. Kennisknooppunt: centraal punt waar data worden verzameld, gerubriceerd, waar allianties worden gesmeed, methodieken worden bekeken en cross-overs in data worden onderzocht en gebruikt.
  2. Kenniswerkplaats: het structureel en duurzaam monitoren en onderzoeken van data middels het dashboard, op een aantal niveaus: bezoekersmonitor, bedrijvenmonitor, draagvlak/bewonersmonitor en concrete programmalijnen.
  3. Kennispodium: op deze plaats vindt ook de interpretatie en doorvertaling van deze data plaats naar sectoren en regio’s. Inclusief advies en overdracht.

Doel operationeel:

Verzamelen van relevante data en een structurele databorging t.b.v.:

  • verduurzamen, innoveren en vermarkten van de gastvrijheidseconomie in Limburg met als doel een evenwichtige ontwikkeling van het toerisme in Limburg, meer in balans met haar omgeving.
  • uitvoeren van een verkenning naar het ontwikkelen van een draagkrachtanalyse (naar model van de Raad voor de Leefomgeving, met onderlegger studie Celth/CBS/NBTC) als basis voor de ontwikkeling van beleid voor bestemmingsmanagement.
  • het bevorderen van het inzicht in onderlinge relaties tussen betrokken deelsectoren (gasten, horeca, leisure, zorg, etc.).
  • het meten van effecten van o.a. innovaties van het bedrijfsleven.
  • de mogelijkheid voor Limburg om extra gasten uit binnen- en buitenland aan te trekken, zodat de waarde toeneemt en de gastvrijheidseconomie substantieel en structureel een bijdrage levert aan werkgelegenheid en welbevinden in Limburg.
  • inzichtelijkheid en betere voorspelbaarheid van investeringen en deze laten landen op de juiste plek met oog voor haar omgeving. Dit helpt organisaties, ondernemers en overheden in het maken van keuzes en het voorspellen van rendement van de investeringen.
Hoofdfoto dataportaal Limburg

2. Is het beoogde resultaat behaald? En zo ja, was dit dankzij het impulsbudget of was het een combinatie van factoren? Graag toelichten.

Begin februari 2024 is het onderzoek naar de haalbaarheid van een dataportaal/hub in Limburg in een beslissende fase.

Na een uitgebreid marktonderzoek naar de mogelijkheden, het bezoeken van relevante voorbeelden in binnen- en buitenland en een inventarisatie van de wensen en behoeften van diverse stakeholders in Limburg hebben we in onze (voorkeurs)scenario’s bepaald hoe we het dataportaal/datahub in Limburg willen gaan opzetten.
Het onderhavige onderzoek dat wordt uitgevoerd door de Samenwerkende VVV’s/DMO’s in Limburg wordt enerzijds bekostigd uit een bijdrage vanuit de 31 gemeenten in Limburg en anderzijds (ca. 40%) met een bijdrage uit het Impulsbudget. Zonder de bijdrage uit het Impulsbudget konden wij het onderzoek nooit zo zorgvuldig, zo onderbouwd en zo uitgebreid uitvoeren.

In dit kader hebben wij ook meteen op het vlak van benodigde technische kennis en onderbouwing het advies en hulp van het Brightlands Public Services Lab in Heerlen kunnen inhuren. Een duidelijke meerwaarde om één en ander ook technisch qua ontwerp en structuurplaat te kunnen inrichten.

Het onderzoek wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van SVL, waarmee meteen ingehaakt wordt op het voornemen om het portaal organisatorisch in te bedden bij SVL.

Over het verloop van het project:

3. Wat zijn waardevolle leermomenten geweest bij de uitvoering/opstart van het project?

Tijdens het onderzoekstraject hebben we de volgende momenten als waardevolle leermomenten ervaren:

  • Het belang van een 100% betrokkenheid van stakeholders (waar we het voor doen!) in het traject, zoals alle gemeenten in Limburg, de Provincie Limburg, de brancheorganisaties en DMO’s in Limburg.
  • Het tussentijds goed informeren en blijven betrekken van deze stakeholders in het proces. Betrokkenheid van deze partijen is essentieel om er straks ook echt een succes van te maken.
  • Het contact met diverse marktpartijen, zoals collega’s DMO’s en kennisinstituten in Nederland en in het buitenland, zoals o.a. Marketing Oost, TVAN, Toerisme Vlaanderen, Kenniscentrum Kusttoerisme Zeeland, maar zeker ook de LDA waardoor we uiteindelijk op het spoor zijn gezet van een landelijke pilot om allerlei data op het gebied van het toeristisch aanbod, de logies, op poten te gaan zetten.
  • Het uiteindelijke voorkeursscenario dat nu verder onderzocht wordt, is om met gebruikmaking van de reeds opgedane kennis en ervaringen elders, in dit geval bij de DMO Toerisme Veluwe Arnhem Nijmegen, een zelfde dataportaal als in Limburg op te zetten. Onderwerp van gesprek is nu op welke wijze deze samenwerking vorm kan krijgen. Het heeft de voorkeur om het samen te doen, met inzet van de reeds opgedane kennis het gezamenlijk verder ontwikkelen van het dataportaal, het liefste met zoveel mogelijk aangesloten Nederlandse DMO’s.
  • De wens is om te komen tot één dataportaal voor geheel Nederland, gebaseerd op dezelfde methodieken en technieken, zodat kosten beperkt blijven en benchmarken met elkaar een grote meerwaarde gaan vormen. Graag dienen wij hier, in het kader van dit onderzoek in Limburg als voorbeeld, als kartrekker!
  • Belangrijke tips die we hebben opgehaald verder zijn:

    • Zorg straks dat je data op orde is, de data-governance is enorm belangrijk.
    • Let op de privacy-gevoeligheid van de data.
    • Zorg voor een goede en heldere communicatie naar het veld; dit bepaalt je uiteindelijke succes.
    • Werk vraag-gedreven aan dataverzameling.
    • Tenslotte: het bouwen van een dataportaal vergt expliciete technische kennis.

Met bovenstaande werd onze overtuiging bevestigd om de verkregen data, die betrekking heeft op de Vrijetijdseconomie (VTE) kort bij direct betrokken partijen neer te leggen, namelijk bij een DMO of in Limburg de gezamenlijke DMO’s verenigd in SVL (Samenwerkende VVV’s Limburg).

4. Welke tips zou je aan andere bestemmingen willen meegeven naar aanleiding van dit project? Wat moeten bestemmingen vooral wel, maar ook vooral níet doen?

Vanuit dit onderzoek in Limburg willen we vooral het volgende meegeven: laten we op landelijke schaal komen tot één uniform kennisportaal. Hierop kan elke toeristische organisatie c.q. DMO of regio aansluiting vinden en behoeften en wensen aangeven. Echter dat alles op een zelfde leest geschoeid.

Laten we niet in elke regio zelf het wiel gaan uitvinden, dat kost veel te veel tijd en energie. We hebben behoefte aan actuele en gedegen kennis en data die een bijdrage kunnen leveren aan managementbeslissingen. Zo kunnen we in de diverse regio’s blijven werken aan duurzame en interessante toeristische bestemmingen. Zorg vooral voor gecoördineerde en samenhangende opzet.

In het onderzoek hebben we al deze kennis en data bij elkaar gebracht. Deze willen we ook delen met andere regio’s, met als doel om samen het beoogde dataportaal sterker en nog krachtiger te maken.

Voorbeeld dashboard dataportaal
Kennis lab sessie - foto post-its
Kennis lab sessie - deelnemers aan tafels luisteren naar spreker

Samenwerking en legacy

5. Met welke partijen is samengewerkt om dit project tot stand te brengen/op te starten?

In dit onderzoek naar het opzetten van een dataportaal/hub VTE in Limburg is samengewerkt met:

  • 31 gemeenten in Limburg;

  • VNG;
  • Brightlands Public Services Lab in Heerlen (data kennisinstituut);
  • Brancheorganisaties (KHN, RECRON-HISWA);
  • Onderwijs (toekomstige rol bij verder onderzoek, datavergaring en opdrachten);
  • Provincie Limburg;
  • DMO’s in Limburg: Visit Zuid-Limburg, Maastricht Marketing, Limburg Marketing en
    Visit Noord-Limburg;
  • Collega-DMO's en toeristische organisaties zoals Marketing Oost, TVAN, Kusttoerisme Zeeland, Toerisme Vlaanderen en de LDA (Landelijke Data Alliantie).

6. Wat is de legacy van het project dat met behulp van het impulsbudget is gerealiseerd/opgestart? Met andere woorden, wat laten jullie met het project achter op korte en op lange termijn? (Denk aan een opgeleverd concept, een gebouw, een stuk land met een bijzondere bestemming)

Met dit project c.q. het dataportaal/hub in Limburg laten we op korte termijn achter dat het resultaat van dit project een verbetering van de samenwerking tussen gemeenten door heel Limburg is en dat dit de basis legt voor samenwerking op Limburgse schaal, ook in andere projecten. Voorheen bleef de samenwerking beperkt tot een regionale samenwerking.

Resultaat op de lange termijn is dat Limburg beschikt over een z.g. ‘data driven portal’, met centraal beschikbare data (minder versnippering), die voldoende sturing kunnen geven aan overheidsbeleid, (marketing)beleid DMO’s, gastenstromen binnen Limburg en bij het bepalen van investeringen en financieringen in de vrijetijdsector en door ondernemers.

Het dataportaal kent de volgende uitgangspunten:

  • optimaal gebruikersgemak;
  • efficiënt en rendabele borging continuïteit van het dataportaal;
  • optimale toegankelijkheid (dashboard, bewezen techniek, open source en schaalbaar);
  • mogelijkheid benchmark;
  • data zijn anoniem;
  • data (deels) kosteloos beschikbaar, maar ook via ‘pay for use’.

Inhoudelijk willen we op termijn de volgende data beschikbaar hebben: aanbod (dag/logies/POI’s, routes), uitgebreide gastgegevens incl. leefstijlen en doelgroepsegmentering, bezettingsgraden accommodaties, bezoekersaantallen, werkgelegenheid, draagkracht van een regio/druktewaardering en bestaande beschikbare landelijke data zoals bijvoorbeeld het CBS-vakantieonderzoek.